Complexe getallen standaardcursus- Verberg vooruitgang Hide progress Toon vooruitgang Show progress
- Verwijder je antwoorden (op deze pagina) Remove your answers (on this page)
Complexe getallen standaardcursusHet begrip \(n\)-de machtswortel van de reële getallen kan op het eerste zicht ook eenvoudig worden gebruikt bij complexe getallen. Er treden echter enkele nieuwe fenomenen op.
Voor elk natuurlijk getal \(n\in \Nnul \) en complex getal \(w\in \C \) is een complex getal \(z\in \C \) een \(n\)-de machtswortel van \(w\) als de \(n\)-de macht van \(z\) gelijk is aan \(w\):
| \(\relax \fcolorbox {black}{white}{$z \text { is }\textbf {een $n$-de machtswortel van $w$} \iff z^n = w$}\) | \(2^4 = (-2)^4 = 16, \quad (-2i)^3 = 8i\) |
Bij de reële getallen was er een belangrijk onderscheid tussen \(n\) even en \(n\) oneven omdat negatieve getallen geen even machtswortels hebben, en positieve getallen twee even machtswortels hebben:
| \(x^2 =\sg 4\) | heeft twee reële oplossingen: | \(x=2\) en \(x=-2\) |
| \(x^2 = -4\) | heeft geen reële oplossingen: | \(x^2 \neq -4, \forall x \in \R \) |
| \(x^3 =\sg 8\) | heeft een unieke reële oplossing: | \(x=2\) |
| \(x^3 = -8\) | heeft een unieke reële oplossing: | \(x=-2\) |
Er zijn altijd ten hoogste twee reële \(n\)-de machtswortels, en als \(a\in \R \) twee \(n\)-de machtswortel had noemden we de unieke positieve de \(n\)-machtswortel, en noteerden die met \(\sqrt [n]{a}\) of \(a^{1/n}\). Voor \(n\) even was dan ook \(-\sqrt [n]{a}\) een \(n\)-de machtswortel.
Vergelijkingen van de vorm \(z^n=a+bi\) met \(z\in \C , n\in \Z \) zijn met de formule van De Moivre op te lossen.
De onbekende \(z\) schrijven we als \(z = r(\cos \theta +i\sin \theta )\). Het linkerlid van de vergelijking wordt dan volgens de formule van De Moivre
Voor het rechterlid \(1-i\) geldt
De vergelijking \(z^2 = 1-i\) in de onbekende \(z\) wordt zo een vergelijking in de onbekenden \(r\) en \(\theta \):
Voor \(k=0\) is \(\theta = - \frac {\pi }{8}\) en voor \(k=1\) is \(\theta = - \frac {\pi }{8} + \pi = \frac {7\pi }{8}\). Voor alle andere waarden van \(k\) krijgen we één van beide hoeken op een veelvoud van \(2 \pi \) na. Er zijn dus precies twee verschillende oplossingen
We stellen \(z = r(\cos \theta +i\sin \theta )\). Het linkerlid van de vergelijking wordt dan volgens de formule van De Moivre
Voor het rechterlid \(1\) geldt
De vergelijking \(z^4=1\) in de onbekende \(z\) wordt zo een vergelijking in de onbekenden \(r\) en \(\theta \):
Dit voorbeeld kan je veel sneller oplossen door \(z^4-1\) te ontbinden in factoren:
De onbekende \(z\) schrijven we als \(z = r(\cos \theta +i\sin \theta )\). Het linkerlid van de vergelijking wordt dan volgens de formule van De Moivre
Voor het rechterlid \(8i\) geldt
De vergelijking \(z^3=8i\) wordt:
Voor \(k=0\) is \(\theta = \frac {\pi }{6}\), voor \(k=1\) is \(\theta = \frac {\pi }{6} + \frac {2\pi }{3} = \frac {5\pi }{6}\) en voor \(k=2\) is \(\theta = \frac {\pi }{6} + \frac {4\pi }{3} = \frac {9\pi }{6} = \frac {3\pi }{2}\). Voor alle andere waarden van \(k\) krijgen we één van
deze hoeken op een veelvoud van \(2 \pi \) na. Er zijn dus drie verschillende oplossingen
\( z_1 = 2( \cos (\frac {\pi }{6}) + i \sin (\frac {\pi }{6})) = 2(\frac {\sqrt 3}{2} + i \frac 12)= \sqrt 3 + i\),
\( z_2 = 2( \cos (\frac {5\pi }{6}) + i \sin (\frac {5\pi }{6})) =2(- \frac {\sqrt 3}{2} + i \frac 12)=-\sqrt 3 +i \),
\( z_3 = 2( \cos (\frac {3\pi }{2}) + i \sin (\frac {3\pi }{2})) =2(0 + i (-1))=-2i \).
Je kan de vergelijking \(z^n=w\) oplossen voor een algemeen getal \(w\in \C \), en dan krijg je formules die je daarna kan gebruiken. Het resultaat geeft volgende interessante eigenschap: de vergelijking \(z^n=w\) heeft voor elke \(w\in \Cnul \) precies \(n\) oplossingen:
Liefhebbers van de Euler notatie kunnen veel eenvoudiger schrijven